Genealogie van
het adellijk geslacht Abbema uit Huizum
Voor de bronnen en de afkortingen zie pagina 6 van de site.
Eveneens voor het nodige voorbehoud bij sommige personen en
filiaties.
I Keimpe
van Abbema, overleden voor 9 okt 1455.
Op Abbemastins te Huizum.
Zie verder OFO I-62 d.d.2-12-1433 en
GJB 1996-177.
Keimpe was gehuwd met
Luts van Abbema, overleden voor
9 okt 1455.
Zie voor haar OFO IV-20
d.d.9-10-1455.
Uit “De stinzen van middeleeuws Friesland en haar bewoners “ door P.Noomen:
Abbema en Mellens (Huizum
FC1, SC1 en FC44/27/43/69, SC2)
Als persoonsnaam komt Abbema in Huizum voor het eerst in 1432 voor; de stins in 1463
als
Abbama huus thoe Huusem en Abbama huus jefta statta. De naam Mellens is een
vroegmiddeleeuwse
buurschapsnaam. In 1463 is sprake
van de stattae thoe Meelns; in 1543 eenmalig van Mellema goet.1664
Ook hier wordt in de 16de eeuw een
stins genoemd.
De oudst bekende eigenaar van
Abbemahuis en van de door de eigenaars van Abbema
verpachte sate Mellens is Kampe
Abbama. Hij wordt vanaf 1432 genoemd. In 1463 wordt
verklaard dat vroeger op Abbama huus thoe
Huusem een testament berustte, waarin werd
bepaald
dat de huurlanden te Mellens, die
behoorden bij Abbama huus jefta statta aan de priesters van
Huizum ten goede zouden komen.1665 Later trokken de Huizumer
priesters inderdaad een rente
uit Mellens,1666 en in 1543 heet het dat
Mellens afkomstig is van een voorvader van de Abbema -
s.1667 Abbema state vererfde van
Kampe op zijn zoon Hessel Abbema, getrouwd met Wick.
Uit het huwelijk van Keimpe en Luts:
1 Hessel van Abbema, volgt onder II.
2 waarschijnlijk
Lolle van Abbema, overleden v 20 okt
1463.
Zie GJB 1996-178.
OFO-IV-26 d.d.28-10-1463:volgens
Douwe Juwsma te Warga zal de pacht van zekere Abbema-landen na de dood van
Lolle ten goede komem aan de priesters van Huizum.
II Hessel van Abbema, overleden voor 1454,
zoon van Keimpe van Abbema (I) en Luts van Abbema.
Op Abbemahuis te Huizum (zie OFO
IV-26 d.d.28-10-1463).Zie ook GJB 1996-178.
Hessel was gehuwd met
Wick Wytzesdr van Oenema,
afkomstig uit Wirdum, dochter van Wytze
van Oenema en waarschijnlijk N.van
Sjaerda.
Wick is later getrouwd 1454 met
Watze Abbes van Dekema, overleden
1481 *, begraven Leeuwarden, zoon van Abbe
N. en Feyck Ndr.
Uit het huwelijk van Hessel en
Wick:
1 Keimpe van Abbema, volgt onder III.
III Keimpe van Abbema, overleden na 1505,
zoon van Hessel van Abbema (II) en Wick Wytzesdr van Oenema.
Hij woonde op Abbemastate te Huizum
en testeerde in 1503.
De reversaalbrief d.d.9-7-1504 wordt
ondertekend door Kempe Hessels Abbema
(nr.150)
Hij staat als Kempo Abbis op de
lijst van edelen uit Leeuwarderadeel d.d.5-1-1505.
Ook in 1506 in OFO IV-151 Keimpe
Abbes genoemd.
Zie verder GJB 1996-178.
Keimpe was gehuwd met Hylck
van Harinxma, overleden n 1487, dochter van Watze van Harinxma en Saeck
van Cammingha.
Uit “De stinzen van middeleeuws Friesland en haar bewoners “ door P.Noomen:
Kempo Abbema van Huizum kocht met
zijn vrouw Hilcke Watzes Harinxma in 1487 land
in Aesgamagoedt te Cornjum van Claes Allertsz.1253 De pastoor beurde in 1543 18
stuivers jaarlijks
uit Aesgema. Van Kempo Abbema
vererfde het goed op zijn zoon Hessel Abbema, die het in
1539 bij testament naliet aan zijn
dochter Tyetke Abbema.1254 Het ging in de 16de eeuw en later
waarschijnlijk om een gewone
boerderij, hoewel het binnen de Abbema-goederen wel van belang
was: in 1539 kreeg Hessels ene
dochter het stamhuis Abbema in Huizum, de andere Aesgema.
Uit het huwelijk van Keimpe en
Hylck:
1 Watze van Harinxma, ,thoe Sloten,
overleden na 1511.
Omdat zijn oom Pieter kinderloos
stierf mocht hij als aangenomen zoon van Pieter de naam Harinxma dragen.
Maar ook Watze stierf kinderloos en
na hem droeg Tiete,de zoon van zijn zuster Wick de naam Harinxma.
Pax-131 d.d.3-2-1496:hij verzoekt
als recht en raad van Sloten om een verbond met Groningen.
De reversaalbrief d.d.9-7-1504 wordt
getekend door Wathia Haringsma voor my ende Epe Haringsma ende voor mijn wyfs
moeder. (Epe is zijn zwager en Teth de
weduwe van Sytze van Harinxma is zijn schoonmoeder).
Op 5-1-1505 als Watge Harincxma op
de lijst van Friese edelen uit Wymbritseradeel.
Hij wordt genoemd in de Sneker
recesboeken d.d.3-2-1507,9-6-1507 en 7-12-1509 (in het laatste geval met
"moye" Katherina).
In 1511 met bezit o.a.te
Sneek,Wirdum en Lekkum.
Zie ook GJB 1996-178,179.
Watze was gehuwd met Hylck Sytzesdr
van Harinxma, overleden 7-4-1532, begraven Warga, grafschrift, dochter van Sytze van Harinxma en Teth van Bonninga
Hylck hertrouwde met Douwe van
Juwsma, overleden 4-3-1532, begraven Warga, grafschrift.
2 Wick van Abbema.
Wick was gehuwd met Homme van
Hettinga, overleden n 1511, zoon van Epe
Tietes van Hettinga en Jel Hommesdr van
Hommema.
Hij woonde te Hommerts (OFO III-23).
Genoemd als grietman van
Wymbritseradeel buitendijks in 1487.
Genoemd in de Sneker recesboeken
onder 14,226,4009,4334 d.d. 21-2-1491,27-10-1494,7-12-1509 en 13-5-1507.
Op 5-1-1505 op de lijst van Friese
edelen.
In OFO IV-151 d.d.15-4-1506 genoemd
als zwager van Watze van Harinxma.
3 Rienck van Abbema.
Geestelijke in klooster Groendijk.
4 Barber van Abbema.
Non in klooster Foswerd.
5 Hessel van Abbema, volgt onder IV.
IV Hessel van Abbema, overleden 15 apr
1550 *, begraven Huizum, zoon van Keimpe
van Abbema (III) en Hylck van
Harinxma.
In 1515 bij de heerschappen , die
Karel V huldigen, als Hessel Abbinga (lijst Thabor) en als Hessel Aebingha
(lijst Winsemius).
Hij maakte een overeenkomst met de
kerk van Huizum (OFO IV-246 d.d.6-12-1525) en noemt zich dan Hesselus Abinga.
HvF 16481-blz.501
d.d.30-7-1536:Hessel meent eigenaar te zijn van alle nagelaten goederen van
zijn broer wijlen Watze Harinxma en procedeert tegen de erfgenaam,zijn oomzegger
Pieter Harinxma.
Hij testeerde op 9-4-1539 te Huizum
(F.T.151) en heeft dan 4 kinderen.
Volgens het Dootboeck zijn hij en
zijn vrouw begraven te Leeuwarden,Oldehove, maar de grafsteen is in de kerk van
Huizum.
Zie verder GJB 1996-179 en GJB
2011-193.
Hessel was gehuwd met
Jel van Jelckema, afkomstig
uit Meskenwier onder Akkrum, overleden 27 nov 1546*, begraven Huizum, dochter
van Wybe Jarichs van Jelckema en Tieth Lieuwesdr.
Uit dit huwelijk:
1 Tietke van Abbema, overleden 17 apr
1572 *, begraven Leeuwarden,Jacobijnerkerk.
Tietke verkreeg in 1539 bij
testament van haar vader het Aesgemagoed te Cornjum.
Zij woonde met haar tweede man te
Feerwerd (zie GJB 1996-180).
Tietke was gehuwd (1) met Jelle van
Harinxma, overleden n 23 aug 1542, zoon van Sierck van Harinxma en Ath
van Fons.
Hij woonde te Loënga en hij
testeerde daar op 21-8-1540 (F.T.159).
Tietke was gehuwd (2) met Douwe
Janckes van Douma, overleden 13 okt 1565 *,begraven
Leeuwarden,Jacobijnerkerk, zoon van Jancko
Douwema en Teth Remptsdr Luersma.
zie GJB 1996-180) en GJB 2011-194.
2 Wick van Abbema, overleden 8 (28) okt
1577 *,begraven Huizum, grafschrift
Wick was gehuwd met Goffe Epes van
Douma, overleden 24 jan 1581 *, begraven Huizum, grafschrift, zoon van Epe Douwes van Douma en Tjets van Camstra.
Wick verkreeg in 1539 bij testament
van haar vader het Abbemagoed te Huizum.
Goffe woonde met zijn vrouw op
Abbemastate te Huizum enwas in 1550 voor dat dorp volmacht ten landdage (GJB
2011-195).
3 Keimpe van Abbema.
Keimpe was gehuwd met Catharina N..
Keimpe
werd onterfd door zijn vader omdat hij buiten diens toestemming was getrouwd..
Hij
krijgt slechts het vruchtgebruik van de state Coldehoel onder Ferwerd.
4 Hylck van Abbema.
In 1539 in het Nijeclooster.
Bij testament van haar vader geeft
haar het vruchtgebruik van een halve sate te Lekkum.