Genealogie van het adellijk geslacht van Feytsma
Voor de bronnen en
de afkortingen zie pagina 6 van de site.
Eveneens voor het nodige voorbehoud bij sommige
personen en filiaties.
Over Wyger van
Feytsma en diens kinderen een toevoeging na deze genealogie.
I Jelger
van Feytsma, overleden na 28 feb 1472.
Hij woonde te Huizum op Feytsmastate
(in 1698 als “Oud Feijtsma”, stem 27)
OFO I-126 d.d.11-8-1451:genoemd bij
de zoenlieden.
Met anderen genoemd in OFO II-217
d.d.1-3-1452.
OFO I-168,169 d.d.23-6-1463:Jelger
en Tete te Huizum ontvangen van Leeuwarden de doodgelden voor hun gestorven
zoon Hessel en vrijwaren de stad voor aanspraken van zijn familie wegens de
doodslag op Hessel.
OFO I-193 d.d.1-2-1468: Jelger en
zijn vrouw Tete verkopen een huis op de Weerd te Leeuwarden aan heer Jelle
Juwsma, pastoor Oldehove .
OFO IV-35 d.d.6-4-1470;genoemd bij
de zoenlieden.
OFO I-222 d.d.28-2-1472:hij zegelt
de schenking van Tjomme van Wiarda.
Jelger was gehuwd met
Tieth Wytzesdr van Oenema,
afkomstig uit Wirdum, overleden na 1 feb 1468, dochter van Wytze van Oenema en waarschijnlijk N.van Sjaerda.
OFO I-193 d.d.1-2-1468:zij verkoopt
met haar man een huis in Leeuwarden.
Uit dit huwelijk:
1 Hessel van Feytsma, overleden voor
1463.
2 Luts van Feytsma, overleden na 1483.
Luts was gehuwd (1) met Jeppe Jeppes
Jeppema, overleden 1483, zoon van Jeppe
Keimpes van Jeppema en Frouck van
Helbada.
Hij woonde op Jeppemastate bij
Westernijkerk en wordt genoemd in 1472 en 1481. Hij testeerde op 29-10-1483
(F.T.43) en vermaakte Jeppemastate aan zijn halfbroer Feye.Ook zijn andere
halfbroers en halfzusters worden in het testament genoemd.
Zijn vrouw Luts ontving als weduwe
het Mercla goed onder Hallum.
Luts was gehuwd (2) met Tjalling van
Jellinga, overleden na 1504, zoon
van Lieuwe van Sythiema, ook Jellinga
en Ansck Sippesdr van Heemstra.
OFO II-195 d.d.19-6-1498:Tjalling
heeft een geschil met Gerbet Mockema.
In 1501/1504 accijnsmeester te
Dokkum (GsvD-108,112).
Heer Sibren tekent op 9-7-1504 voor
Tsalingh Liuwesz de reversaalbrief (nr.83).
Op 5-1-1505 als Tzalingh Sitghema op
de lijst van edelen uit Leeuwarderadeel.
De dochter van Tjalling en Luts was
Auck Jellinga, ook genoemd Auck Marckla. Zij was getrouwd met Taecke Mockema,
die in 1511 als eigenaar wordt genoemd van Merckla, het goed dat Luts aan haar
dochter naliet.
3 Hessel Jelgers van Feytsma, volgt onder
II.
Uit de CD bij het boek “Stinzen in middeleeuws Friesland en hun bewoners”
door P.N. Noomen over Feytsmastate te Huizum (later stem 27):
Jelger Feitsma trouwde rond 1463
(ver voor 1463 S.W.) met Tied Witzes Oenema uit Wirdum.1684
Zij werden de stamouders van de
familie Feitsma. In de Nieuwe Tijd werd dit huis naar de eigenaars ook
Bootsma en Rinia genoemd.
Een bewaarde afbeelding door J.
Stellingwerf van een stins onder Huizum van 1722 toont
achter elkaar de poort; daarachter
op een eilandje een strogedekt boerenhuis; daarachter door een
brug en een hek ermee verbonden een
stins op een eilandje, met twee haaks op elkaar staande
vleugels met een trapgevel, een
alliantiewapen boven de deur en het jaartal 1596 als
muuranker.
Tegen de stins staat een toren.
Achter de stins ligt tenslotte een hoger en jonger gebouw.1685 Rita
Radetzky maakte het onlangs op goede
gronden waarschijnlijk dat dit gebouw Feitsma, aan de
andere kant van de Mellens-terp
tegenover Abbema, was. Tevens citeert ze een koopacte uit
1634,
waarin stins, huisinge, hovinge, gracht, singel, swanejacht en watermolen worden
genoemd.1686
II Hessel Jelgers van Feytsma, overleden 6
mei 1505, begraven Huizum ,grafschrift, zoon van Jelger van Feytsma (I) en Tieth
Wytzesdr van Oenema.
Hij woonde op Feytsmastate te Huizum
en was in 1479 grietman van Leeuwarderadeel.
Genoemd bij een overeenkomst in GPCV
d.d.20-4-1481.
OFO IV-70:genoemd in 1487 in een
register onder 119.
OFO IV-109 en OFO I-416
d.d.4-8-1495:genoemd bij de zoenlieden.
HvF 16481-581 d.d.20-12-1536:Mr Syds
Tjaerda contra Hessels kinderen Ruurd,Jelger,Gerrit, Wick en Aegh, en contra de
kinderen van Hessels overleden dochter Luts.
Hessel was gehuwd met
His Gerroltsdr van Herema,
afkomstig uit Tzum, overleden na 1511 ,op 4-6-1527 ?, begraven Huizum
,onduidelijk grafschrift, dochter van Gerrolt
van Herema en Hylck Aggesdr van
Harinxma.
Bij RvA 1511 als His Jelgers
(m.z.Gerrolts) met bezit van Feytsmastate te Huizum.
His was eerder getrouwd 1465 met Ruurd
van Dekema, overleden 1471 ,volgens grafschrift, begraven Weidum, zoon van Hette van Dekema en Wick Ruurdsdr van Albada.
Uit het huwelijk van Hessel en His:
1 Ruurd Hessels van Feytsma, geboren ±
1476, volgt onder III-a.
2 Wick Hesselsdr van Feytsma, afkomstig
uit Huizum, overleden 29 jan 1548 ?,
begraven Minnertsga ,grafschrift 29-1-15.8.
HvF 16480-335 d.d.2-3-1529:Wick
weduwe Hobbe Hermana als eiser.
HvF 16481-298 d.d.16-10-1539:weduwe
Wick als aangeklaagde.
Wick was gehuwd met Hobbe van
Hermana, overleden 18 okt 1521 ,St.Lucasdag, begraven Minnertsga
,grafschrift, zoon van Taecke van Hermana,
,ook Taco en Ael Werpsdr van Juckema.
OFO IV-75 d.d.28-6-1487:genoemd te
Minnertsga bij een verbond tussen verschillende grietenijen.
Pax-165 d.d.7-7-1496:Hobbe Hermana
van Minnertsga gaat akkoord met het verbond tussen Westergo en Groningen.
OFO I-432 d.d.23-3-1498:met zijn
vrouw Riem genoemd bij verkoop van land.
Hobba Harmana tekent op 9-7-1504 de
reversaalbrief (nr.94)., ook voor Aleff Groustra (nr.95) en voor Hans Hansz
(nr.96) en voor Tjalling Jaersma (nr.97).
Op 5-1-1505 als Hobbe Hermana op de
lijst van edelen uit Barradeel.
OFO IV-204 d.d.13-2-1511:genoemd te
Minnertsga in het testament van Douwe Pibes te Dronrijp.
Bij RvA 1511 en 1514 heeft Hobbe
Hermana van Minnertsga veel bezit,ook te Tzum.
In 1515 bij de heerschappen, die
Karel V huldigen, als Hobbo Hermana (lijst Thabor en lijst Winsemius).
Voor hem en zijn kinderen zie GJB
1970-46,47.
Hobbe was weduwnaar van Riem Eggesdr
van Wobbinga, afkomstig uit Weidum, overleden 19 jan 1508.
3 Jelger Hessels van Feytsma, volgt onder
III-b.
4 Luts Hesselsdr van Feytsma, overleden
22 mrt 1507.
Luts was gehuwd met Frans Sipckes
van Minnema, overleden Leeuwarden 25 dec 1511, zoon van Sipcke Hotzes van Minnema en Ymck Offckesdr van Dotinga.
Hij was olderman te Leeuwarden
(vermeld 1500/1503) en raadsheer bij het Hof van Friesland 1504-1511 (HvR onder
nr.28).
Hij woonde op het Minnemahuis in
Leeuwarden.
OFO IV-108 d.d.19-2-1495:hij schenkt
land aan de kerk van Huizum.
In 1501 en 1511 genoemd als grietman
van Leeuwarderadeel;in 1502 en 1504 als grietman van Tietjerksteradeel.
OFO IV-187 d.d.mei 1509:register van
aan hem verschuldigde grondpachten in Leeuwarden en daar buiten.
Op 9-7-1504 tekent Frans Minnema de
reversaalbrief (nr.115) , ook voor Teda Homminga (nr.116) d.w.z. Tiete van
Hommema, ook voor Hessel Foppesz (nr.117)
Frans Minnema op 5-1-1505 op de
lijst van edelen uit Leeuwarderadeel.
Bij R.v.A.1511 heeft Frans Minnema
te Leeuwarden veel bezit.
Volgens notities Aernout van Buchel was zijn sterfdatum werd hij evenals zijn 3 vrouwen begraven in de Jacobijnerkerk.
Zie ook GJB 2001-134.
Frans was weduwnaar van Rints
Tietesdr van Hommema, overleden 1494, dochter van Tiete van Hommema en Tryn
Ofckesdr van Foppinga.
Frans was later gehuwd met Catharina
Scheltesdr van Liauckema, overleden 2 apr 1512, dochter van Schelte van Liauckema en Luts van Harinxma.
5 Gerrolt Hessels van Feytsma, volgt
onder III-c.
6 Agatha Hesselsdr van Feytsma, overleden
25 mei 1567, begraven Goutum ,opschrift.
Bij RvA 1540 met bezit te Huizum,dat
in 1511 op naam stond van haar moeder His Jelgers.
Zie grafschriften Roorda IV-128.
Agatha was gehuwd (1) met Jarich
(Epe) van Hottinga, overleden Rome 1500, zoon van Jarich van Hottinga en Swob
Douwesdr van Sjaerda.
Als zijn vader testeert in 1475
wordt hij nog Epe genoemd.Hij verkrijgt bezittingen te Franeker
(o.a.Hottingahuis).
Hij staat bekend als Schieringer te
Franeker en wordt in 1492 genoemd bij de verdediging van Franeker tegen de
Groningers (GsvD,100).
Pax-68 d.d.10-10-1492: hij sluit met
zijn broers een verdrag met Groningen.
Pax-135,136
d.d.4-4-1496,15-4-1496:Jarich en Here zoeken namens Franeker aansluiting bij
Groningen.
Pax-198 d.d.12-11-1496:hij tekent
met zijn broer Here en anderen een verdrag met Groningen,Leeuwarden en Dokkum.
Pax-204 d.d.27-6-1497:Jarich
Hottinga,recht en raad van Franeker,stuurt een brief aan de zoenlieden over het
geschil tussen Groningen en Westergo.
Op 30-4-1498 erkent hij met zijn
broer Here en anderen het gezag van Albrecht van Saksen en zegelt de overeenkomst.
H.v.R.onder nr.12: raadsheer bij het
in 1499 opgerichte Hof van Friesland vanaf zijn aanstelling op 25-7-1499 tot
zijn dood het jaar daarop.
Tijdens de opstand in 1500 met zijn
broer Here op pelgrimsreis naar Rome,waar hij overleed.
Jarich was weduwnaar van His Wybesma.
Agatha was gehuwd (2) met Sjuck van
Eminga, overleden 1541, begraven Goutum ,grafschrift, zoon van Minne van Eminga en Tjemck van Cammingha.
Siuck Eminga tekende op 9-7-1504 de
reversaalbrief (nr.2 en nr.122)
Op 5-1-1505 staat Siuck Eminga op de lijst van edelen uit Leeuwarderadeel.
In OFO IV-157 (1506/1510) wordt hij
vermeld als schuldeiser.
Bij RvA 1511 en 1540 heeft Sjuck
Eminga van Goutum veel bezit.
In 1515 bij de heerschappen,die
Karel V huldigen, als Siuck Eminga (lijst Thabor), als Siuck Emingha (lijst
Winsemius).
Zie ook grafschriften Roorda
IV-31,128.
Sjuck was weduwnaar van Ynts
Feyckesdr van Sierdsma, dochter van Feycke
van Sierdsma.
III-a Ruurd Hessels van Feytsma, geboren ±
1476, overleden 18 okt 1556 ,80 jaar, begraven Deinum ,grafschrift, zoon van Hessel Jelgers van Feytsma (II) en His Gerroltsdr van Herema.
Zijn schoonmoeder was een Sierdsma
en zo kwam Ruurd in het bezit van Sierdsmastate te Deinum (GJB 1964-18).
RvA 1511 (nr.1921):Ruurd is eigenaar
en bewoner van Sierdsmastate te Deinum.
HvF 16687-19 d.d.1527:Ryuert Feytsma
contra Gerolt Herema.
HvF 16687-643 d.d. 21-10-1533: Douwe
Pettersz contra Ryoert Feytsma
HvF 16688-312 d.d.4-11-1536:Mr.Sydtz
Tyaerda contra Jelger, Ryoert en Gerrolt Hesselsz Feytsma.
HvF 16688-279 d.d.1536: Ryuert
Hessels, gehuwd met Katherina
HvF 16688-416 d.d.1537: Ryoert
Hessels, gehuwd met Katherina inzake Nanninghe zathe.
HvF 16689-115 d.d 27-11-1539:Ryoert
Hessels Feytsma, gehuwd met Kathryn.
HvF 16689-140 d.d.21-4-1540: Ryoert
Hessels, gehuwd met Katharina
Zie ook HvF 16690-242 d.d.1552 en
HvF16691-100 d.d.12-11-1556.
HvF 16692-152 d.d. 1561: Sybe
Scheltema vanwege zijn vrouw en de overige erfgenamen van Ruyrt Feytsma en
Feycke Syrsma contra mr.Doecke Eninga en Katharina Sebastiaensdr.
Bij RvA 1540 met bezit ook te
Wirdum, Huizum en Camminghaburen.
Ook in 1542 genoemd te Deinum
(Oorkonden St Anthonygasthuis I-313).
Zie verder GJB 1964-19 en GJB 1984-25.
In 2014 zijn correcties aangebracht
n.a.v. het onderzoek van Ype Brouwers naar Ryoerdt Hesselsz Feytsma en diens
vrouwen en kinderen.
Ruurd was gehuwd (1) met
Tjemck van Eminga, overleden
22 okt 1529 *, begraven Deinum ,grafschrift, dochter van Sjuck van Eminga en Ynts
Feyckesdr van Sierdsma.
Zie ook grafschriften Roorda IV-20.
Uit dit huwelijk:
1 Anna Ruurdsdr van Feytsma, geboren
1510, overleden 17 apr 1559, begraven Ee ,grafschrift.
Zij procedeerde als weduwe tegen
Julius en Botte Mockema over een sate land (HvF 16692-162 d.d.28-2-1561).
Haar kinderen Geel (getrouwd met
Frans Canters),Bjuck,Beyts (getrouwd met Botte Herbranda),Sjuck en Tjemck
procedeerden opnieuw tegen de broers Mockema (HvF 16692-278 d.d.13-3-1562).
HvF 16703-17 d.d 12-5-1588: haar dochters Geel en Bjuck bij de aangeklaagden door haar zuster Tietke en haar zwager Sibe van Scheltema.
Er zijn geschilderde portretten uit 1552 van Anna en haar man Frans, hij is dan 45 jaar en zij 42 jaar (zie GJB 1988-78 en GJB 1994-154)
Anna was gehuwd met Frans Aebinga
van Humalda, geboren 1507, overleden 8 dec 1557, begraven Ee ,grafschrift,
zoon van Sjoerd van Aebinga en Bets van Mockema, ,ook van Humalda.
Op Humaldastate te Ee (HvF 16688-312
d.d.5-12-1536).
Er wordt tegen hem geprocedeerd door
Gabbe van Scheltema (HvF 16481-blz.166 d.d.20-12-1538).
Bij RvA 1540 ook met bezit te
Marrum.
Zie verder GJB 1988-78/80,GJB
1994-154 en N.O.II-296 (Dongeradeel).
Frans was weduwnaar van Geel van
Mellema, afkomstig uit Oostrum, dochter van Poppe van Mellema en Eets van
Gauckema.
2 Sjuck Ruurds van Feytsma, geboren ±
1518, overleden 3 nov 1549 *,in het 31e jaar, begraven Deinum ,grafschrift.
Hij had geen kinderen.
Sjuck was gehuwd met Riem Lollesdr
van Ockinga, dochter van Lolle Heres
van Ockinga en Ael van Hermana.
3 Feycke Ruurds van Feytsma, overleden
Holwerd 1551/1555
Ook genoemd Feycke Syrsma.
Hij is vermoedelijk genoemd naar
zijn overgrootvader Feycke Sierdsma en hij
zou dan in de toekomst de bewoner worden van Sierdsmastate te Deinum.
Maar Feycke trouwde beneden zijn
stand en verhuisde naar Holwerd. Toen hij was overleden haalden familieleden
Feytsma goederen weg uit Holwerd, ook van de weduwe Gerrit Gerritsdr. Zij
protesteerde bij het Hof en de familieleden werden veroordeeld tot teruggave ,
zie HvF 16692-154,157 d.d. 1561.
Het bovenstaande uit D.J.v.d.Meer in
GJB 1964-19,20.
In 1566 is Mr.Doecke Eninga voogd over zijn kinderen.Zie GJB 1984-25.
Feycke was gehuwd met Gerritje
Gerrits, overleden na 1561.
Zij had als broer Frans Gerrytsz.
HvF 16690-197 d.d.1551: Frans
Gerrytsz vanwege Feycke Syrsma te Deinum contra Sacke Ringe, grietman
Westdongeradeel, om 29 goudguldens.
Uit dit huwelijk:
Sjuck
van Feytsma, overleden na 1588.
HvF
16701-150 d.d.1585: Sjuck Feytsma te Leeuwarden, zoon van Feycke Feytsma, en
diens erfgenaam, procedeert tegen familieleden Feytsma..
. HvF 16702-147 d.d.29-11-1586: Familieleden Humalda
procederen tegen Sjuck Feytsma.
HvF
16702-220,349 d.d.1587: Sjuck Feytsma/Syrsma te Leeuwarden.
HvF
16703-17 d.d.12-5-1588: Sjuck met andere familieleden Feytsma bij de
aangeklaagden.
4 Tieth Ruurdsdr van Feytsma, overleden
16 apr 1606 *, begraven Deinum 23 apr 1606.
Bij de P.I.1578 te Deinum als weduwe
aangeslagen.
HvF 16703-17 d.d.12-5-1588:Tytske
Feytsma als nagelaten weduwe van Foppe van Camstra, samen met zwager Sibe van
Scheltema contra andere familieleden Feytsma.
Tieth is getrouwd 1551 met Foppe van
Camstra, afkomstig uit Wirdum, geboren 1530, overleden na 1570 ,ws.te
Emden, zoon van Homme van Camstra en Eelck van Eysinga, ,ook Isck.
Hij woonde 1559/1570 met zijn vrouw
te Deinum op Sierdsmastate (zie GJB 1964-20/22 en T327-1113).
In ballingschap te Emden omstreeks
1570 en kort daarna overleden.Zie de Vrije Fries 1899-160.
T327-1104:voorlopige dispensatie
voor zijn huwelijk met Tieth (afgegeven na huwelijk in 1551).
T327-1115 en GJB 1979-8:verklaring
van Epe Abbes Hania,dat Foppe en zijn nakomelingen op Adamastate te
Scharnegoutum mogen wonen (1569).
Zie verder nog
T327-1105,1107/1112,1114 en 1124.
5 Ynts Ruurdsdr van Feytsma, overleden 12
jul 1558, begraven in Pruisen ,grafschrift Boksum.
Volgens Grafschriften II-147 en
stamboek F.A. overleden 17-7-1558.
Ynts trouwde voor 1527 met Wytze van
Juckema, overleden 7 jul 1565, begraven Boksum ,grafschrift, zoon van Werp van Juckema en Bauck Hommesdr van Oedtsma.
Op Oedtsmastate te Boksum, daarom
ook Wytze van Oedtsma geheten.
HvF 16692-157 d.d.10-2-1561: Gerrit
Gerritsdr contra Wytthie Oetsma ende
Mr.Hessel Feytsma voor hem selve en als
volmacht voor de erfgenamen van Feycke Syrsma, erflater te Holwert.
Grafschriften II-147 (Roorda): op
het graf 8 verminkte kwartieren, niet meer leesbaar.
6 Hessel Ruurds van Feytsma, volgt onder
IV-a.
7
Tryn Ruurdsdr van Feytsma, overleden
in/voor 1588.
HvF 16693-77 d.d.1566: Tryn Feytsma c.s. inzake de nalatenschap van Ruurd Feytsma en Feycke Syrsma (haar broer).
Het Hof oordeelt dat de erfenis van Feycke naar diens zoon moet gaan en bovendien 1/6 van de erfenis van haar vader Ruurd (zie hierna bij Hessel IV-a).
Tryn trouwde voor 1561 met Sybeth van Scheltema, overleden na
1591, zoon van Gabbe van Scheltema en
Tjets Keimpesdr van Ydsma.
HvF 16692-154 d.d.1561:Sybe
Scheltema namens zijn vrouw erfgenaam van wijlen Ruurd Feytsma.
Zie ook HvF 16692-511 d.d.1564.
PI 1578: Sybe van Scheltema
aangeslagen te Boksum.
HvF 16699-222 d.d.1582: Sybe van
Scheltema te Franeker.
Zie ook HvF 16700-56,88 d.d.1582.
HvF 16703-17 d.d.12-5-1588: Sibe van
Scheltema als administrateur over zijn kinderen bij wijlen Catharina van
Feytsma, samen met Tytske Feytsma, weduwe van Foppe van Camstra contra andere
familieleden Feytsma.
In 1591 woont hij in Leeuwarden.
Hij is de Sybe Scheltema genoemd in
GJB 1994-150.
Ruurd trouwde voor 1536
met (2) Katharina N.
HvF 16481-826 d.d.20-12-1537: Tabbe Inthiesz te Bolsward contra Kathrijn, Ryoert Hesselszoons huisvrouw over het eigendom van Nannynge goed te Oosterlittens.
Tabbe had recht op jaarlijks 20 gg vrije rente uit dat goed en gedaagde wordt veroordeeld eiser te betalen voor de jaren dat hij minder dan 20 gg heeft ontvangen en voor de volgende jaren 20 gg te betalen zonder aftrek van lasten.
HvF 16481-247 d.d.7-5-1539 : Katryn Ruyrd Hessels huisvrouw te Deinum, contra Goffe Piers en Swob Elinxma, erfgenamen van wijlen Symon Hendrix.
HvF 16481-352 d.d.2-12-1539: Mr.Julius van Geel, advocaat, als man en voogd van Auck Gerrytsdr contra Tryn, Ruyrd Hessels vrouwe.
HvF 16689-86 d.d. 1539 Katharina Ryoerts Feytsma te Deinum en HvF 16689-115 d.d.27-11-1539: Kathryn, gehuwd met Ryoert Hessels Feytsma..
? Is zij de Catharina
Sebastiaensdr ,die voor 1560 trouwde met Doecke
van Eninga, overleden 1567, begraven Leeuwarden,Oldehove ,grafschrift, zoon
van Tjaert Hanckes en Lisck Doeckesdr Sippens.
Zie GJB 1964-19.
Ype Brouwers laat zien dat deze
theorie niet houdbaar is, Catharina Sebastiaensdr moet veel jonger geweest zijn
dan Katharina N., de tweede vrouw van Ruurd..
III-b Jelger Hessels van Feytsma, overleden
na 1540, zoon van Hessel Jelgers van
Feytsma (II) en His Gerroltsdr van
Herema.
Jelgerus Feytsma als student te
Orleans febr. 1510.
RvA 1540 blz.50 eigenaar/gebruiker Feytsmastate te Huizum (in 1511 bezit van zijn moeder His
Jelgers) en RvA 1540 blz.51 eigenaar te Huizum (in 1511 in bezit van zijn broer
Ruurd Hessels).
Blz.41 eigenaar te Camminghaburen
(in 1511 in bezit van zijn broer Ruurd Hessels).
In 1540 is Jelger ook eigenaar van
Gerbadastate te Hallum, in 1511 in bezit van zijn vrouw Claer van Eminga.
Verder heeft Jelger Feijsma toe
Husum bezit te Hallum (II-4,5) en
Wanswerd (II-112,23) en vermoedelijk als Jelger Feijsma ook te Hallum (II-7,14)
en Wanswerd (II-113,32 en 114,38)
Hij voert veel processen voor het
Hof van Friesland o.a. HvF
16688-150,237 d.d.1535/1536 en HvF 16481 d.d.20-12-1538.
Zie ook N.O.I-172/174.
Jelger was gehuwd met
Claer van Eminga, overleden
na 1511, dochter van Ids van Eminga
en Saepck van Nittema.
In 1511 is zij als Ids Emingadochter
eigenaar van Gerbadastate bij Hallum.
Uit dit huwelijk:
1 Hessel Jelgers van Feytsma, overleden
10 jan 1585, begraven Huizum ,grafschrift.
Bij PI 1578 en GO 1580 als
hoofdeling van Huizum met bezit te Warstiens.
Zijn naam op de kerkklok van Huizum
uit 1582.
HvF 16701-98 d.d.1585: Hessel
Feytsma,in leven gehuwd met HabelOffenhuizen.
HvF 16701-205 d.d.1585:er wordt
geprocedeerd over zijn nagelaten goederen.
Hessel was gehuwd (1) met Bauck
Galesdr van Galama, geboren 10 jul 1530, dochter van Gale van Galama en Foeck van
Hoxwier.
Hessel was gehuwd (2) met Habel
Frederiksdr van Offenhusen, overleden 9 feb 1630 *.
Habel testeerde 20-11-1585 (HvF 16701-205 d.d.1585).
Habel was later gehuwd met Douwe van
Hottinga, zoon van Douwe van Hottinga
en Luts van Herema.
Uit het huwelijk met Habel:
A Gale
van Feytsma, overleden 1578/1584.
Galenus Feytsma werd op 12-6-1578 ingeschreven als student te Leiden.
Hij
overleed voor zijn vader.
B Jelger
van Feytsma, overleden 10 april 1621, begraven te Wartena, grafschrift.
Jelgerus Feytsma werd op 12-6-1578 ingeschreven als student te Leiden.
Uit zijn huwelijk met
een onbekende vrouw:
Sjouck Jelgers van Feytsma, geboren rond 1617, overleden 13 aug
1627, 10 jaar oud, begraven te Wartena, grafschrift.
2 Anna Jelgersdr van Feytsma.
Anna was gehuwd met Tjalling van
Camstra, overleden 30 aug 1577 *, begraven Wirdum, zoon van Homme van Camstra en Eelck van Eysinga, ,ook Isck.
Hij testeerde op 24-8-1577
(T323-25,T326-1207 en EEE-1-207).
T327-1096:huwelijksvoorwaarden uit
1546 voor zijn huwelijk met Wick.
T327-1097:testament uit 1547 van
Wytze van Camstra en Rema van Hermana,waarbij werd bepaald dat hun familiebezit
aan Tjalling zou komen.
Zie verder ook T326-1211 (1588) en
T327-1098/1102.
Tjalling is later getrouwd 1546 met Wick
Jaspersdr van Aesgema, ,ook Wypk, overleden 21 nov 1551 *, dochter van Jasper van Aesgema en Tjepck Tjepckesdr van Tjallinga.
3 Saepck Jelgersdr van Feytsma, overleden
14 okt 1564, begraven Hallum ,grafschrift.
Zij verkreeg van haar vader
Gerbadastate te Hallum (later Doumastate).
Voor haar graf zie N.O.I-155.
Saepck was gehuwd met Epe Epes van
Douma, overleden 11 jan 1585 *, begraven Hallum ,grafschrift, zoon van Epe Douwes van Douma en Tjets van Camstra.
Hij woonde te Hallum en had daar
bezit gekocht bij RvA 1540 (III-3/26).
Hij kwam door zijn eerste vrouw in
bezit van Gerbadastate,later Doumastate.
Epe was later gehuwd met Teteke
Tjaerda van Starkenborgh, overleden 5 apr 1580 *, begraven Hallum, dochter
van Bartholt Tjaerda van Starkenborgh
en Bawe Friling, ,ook Cater.
4 Aleid Jelgersdr van Feytsma, overleden
17 dec 1560, begraven Roordahuizum ,grafschrift.
Aleid was gehuwd met Abbe van
Bootsma, overleden 3 okt 1562, begraven Roordahuizum ,grafschrift, zoon van
Hessel van Bootsma en His van Camstra.
Hij was de tweede zoon en kreeg bij
testament van zijn vader bezittingen te Roordahuizum,waar hij ook in 1558
woonde.
5 Tieth Jelgersdr van Feytsma, overleden
Hallum 1578.
Zij was na de dood van haar vader
eigenaresse van Feytsmastate bij Hallum (1564) ,woonde daar en testeerde daar
met haar tweede man op 6-8-1576.
Tieth was gehuwd (1) met Haye
Doeckes van Rinia, zoon van Doecke
Hayes van Rinia en Rints Taeckesdr
van Herema.
Hij woonde te Driesum ?
Tieth was gehuwd (2) voor 1560 met Minne
van Scheltema, overleden Hallum 1597, begraven aldaar, zoon van Gabbe van Scheltema en Tjets Keimpesdr van Ydsma.
Minne woonde met zijn vrouw op
Feytsma te Hallum,ook daar na haar overlijden, maar in 1585 te Wolthuizum
(Wollinghuizen,Gr. ?)
HvF 16692-11 d.d.1559:Tieth Jelgers
Feytsma,gehuwd met Minne Gabbes Scheltema.
Zie voor Minne en Tieth ook HvF
16692-383 d.d.7-4-1562.
HvF 16698-65,330 d.d.1579,1580:Minne
te Hallum (als weduwnaar van Tieth) procedeert voor zijn kinderen; Haye Rinia
te Wanswerd ook erfgenaam van zijn moeder Tieth.
Zie hiervoor ook HvF 16699-22,240
d.d.1581 en 1582: Doecke Rinia,broer van Haye,ook erfgenaam van zijn moeder
Tieth.
HvF 16701-205 d.d.1585: Minne
Scheltema te Wolthuizum namens zijn kinderen bij Tieth Feytsma; zijn zwager Hessel Feytsma is
overleden en diens vrouw Habel testeerde op 20-11-1585.
HvF 16702-76 d.d.1586 (zijn broer
Sybe namens hem).
HvF 16702-343 d.d.1587 en HvF
16703-96 d.d.1588 (Haye Rinia namens hem).
III-c Gerrolt Hessels van Feytsma, overleden
1552, zoon van Hessel Jelgers van Feytsma
(II) en His Gerroltsdr van Herema.
Bij RvA 1540 genoemd met bezit te
Goutum en Wirdum.
Zie voor hem HvF 16689-71 d.d.1539
en HvF –535 d.d.1547.
Gerrolt was gehuwd met
Anna van Camstra, overleden 7
sep 1563, dochter van Homme van Camstra
en Eelck van Eysinga, ,ook Isck.
HvF 16690-202 d.d.1551: Apollonia,vrouw van Gerrolt Feytsma.
Uit dit huwelijk:
1 Homme van Feytsma, geboren ± 1548,
overleden Wirdum 8 feb 1588 ,40 jaar, begraven aldaar ,grafschrift.
Op 20-6-1569 als Homerus Feytsma
student te Freiburg en in 1570 te
Padua.
Hij was niet getrouwd en wordt bij
PI 1578 en GO 1580 vermeld te Wirdum.
HvF 16699-31,148 d.d.1581 en HvF
16700-51 d.d.1582: Homme als volmacht van Wirdum en Swichem en als kerkvoogd te
Wirdum.
HvF 16701-269 d.d. 1585: Homme met
zijn zusters His,Jisk,Hylck en Syts.
HvF16702-147 d.d.1587: Homme Feytsma
te Wirdum met broer en zusters.
HvF 16702-190,239 d.d.1587: hij was
curator over de kinderen van zijn broer Wytze.
HvF 16703-181 d.d.1589: Homme is
overleden,hij was curator over de
kinderen van zijn broer Wytze. De kinderen van Wytze waren mede-erfgenamen van
hun grootouders Gerrolt Feytsma en Anna Camstra te Wirdum.
2 Hessel van Feytsma, volgt onder IV-b.
3 Wytze van Feytsma, volgt onder IV-c.
4 Rienck van Feytsma.
Als Reinerus Feytsma op 15-5-1558
ingeschreven als student te Keulen.
Hij is ongetrouwd overleden.
5 Ysck Gerroltsdr van Feytsma, overleden
Leeuwarden 25 mei 1615, begraven Wirdum 31 mei 1615 ,grafschrift
onduidelijk,maar zie leedbrief.
Er is een kerkbankinscriptie uit
1594 in Dokkum,waar ze met haar man staat vermeld (zie Roorda grafschriften III).
N.O.II-303:In 1600 verhuurde een
Eeck Mockema Tyaardasate te Medhuizen (ten noorden van Ee).
Op 13-4-1600 wordt Eesck Mockema bevestigd als lidmaat te
Leeuwarden.
HvF 16705-236 d.d.12-7-1601 en HvF
16706-137 d.d.29-3-1603: Eesck van Feytsma,weduwe Taco van Mockema,als eiseres
Leeuwarden Hyp.boek GG-2-171
d.d.8-5-1605:Eesck van Feytsma,weduwe Mockema,had een schuldvordering
d.d.4-6-1602 op de brouwer Olphert Olpherts van 100 dalers,30 stuivers het
stuk.
T342-05,nr.38:leedbrief voor de
begrafenis op 31 mei 1615 van Isck Feytsma,weduwe Taco Mockema,met de namen van
de genodigden en de aangezegden.
Ysck was gehuwd met Taecke van
Mockema, overleden 29 dec 1597, begraven Wirdum ,grafschrift, zoon van Botte van Mockema en Womck Sydsdr van Tjaerda.
HvF 16692-443 d.d.15-10-1563:Taecke Mockema contra
Auck Gerckes (Stania ?).
Hij wordt bij P.I.1578 genoemd met
bezit in Ee (Mockemastate).
HvF 16703-381 d.d.22-10-1589:Reyner
Willems bij Oudwoudumerzijl in Kollumerland c.s. contra Taecke van Mockema te
Ee.Taecke wordt veroordeeld tot betaling van 55 goudguldens.
Voor Taecke zie ook grafschriften
Roorda IV-91.
6 Hylck van Feytsma, overleden Leeuwarden
1 jul 1613, begraven Wirdum ,grafschrift.
Zij was niet getrouwd.
HvF 16698-86 d.d.1579: Hylck Feytsma
met haar zuster His.
7 His van Feytsma, overleden 15 okt 1613
*, begraven Wirdum ,grafschrift.
Zij was niet getrouwd.
HvF 16698-86 d.d.1579: His Feytsma
en haar zuster Hylck.
8 Syts Gerroltsdr van Feytsma, overleden
19 aug 1609 *, begraven Wirdum ,grafschrift.
HvF 16703-104 d.d.1589: Sytske
Feytsma als erfgename van haar broer Homme.
Zij testeerde met haar man in 1608
(EEE I-520).
Syts was gehuwd met Hessel van
Bootsma, overleden 1624/1631, zoon van Epe
van Bootsma en Rints van Aesgema.
Hij woonde te Wirdum,werd "de
blinde" genoemd en stierf kinderloos.
Zijn eerste huwelijk wordt genoemd
in het testament van Anna van Camstra,zijn schoonmoeder.
Hij testeerde met zijn eerste vrouw
in 1608 (EEE I-520).
Hij wordt vermeld op de
lidmatenlijst van Wirdum in 1622 en is daar overleden na zijn tweede vrouw,maar
voor 1631.
Hessel was later gehuwd met Tieth van
Botnia, geboren 3 feb 1575, overleden 14 mrt 1624, begraven Wirdum
,grafschrift, dochter van Syds van Botnia
en Tet van Douma.
9 Sjuck Gerrolts van Feytsma, overleden
23 nov 1596, begraven Wartena ,grafschrift.
Als Suffridus Feytsma op 8-8-1551
student te Keulen.
Hij was vicarius te Boksum.
Recesboek IDA d.d.1586:Sjuck cessie
hebbende voor Homme Feytsma,syn broeder.
Sjuck was gehuwd met Doed Goslingsdr,
overleden 21 mei 1604, begraven Wartena ,grafschrift.
IV-a Hessel Ruurds van Feytsma, overleden 11
apr 1557 * (?), begraven Deinum
,grafschrift, zoon van Ruurd Hessels van
Feytsma (III-a) en Tjemck van Eminga.
Zijn naam en die van zijn vrouw op
een zerk te Deinum (de Vrije Fries XXIII), maar de sterfdatum moet fout zijn,
daar hij in 1561 nog leeft.
Als Hesselus Feytsma student te
Leuven op 5-7-1545.
HvF 16691-102 d.d.1555: Mr.Doecke
Eninga als volmacht van Gerryt Gerrytsdr
te Leeuwarden contra Wyttye
Oedtsma en Mr.Hessel Feytsma voor zich en als volmacht van de overige
erfgenamen van Feycke Syrsma (zijn
broer).
HvF 16692-157 d.d. 10-2-1561: Gerrit
Gerritsdr contra Wytthie Oetsma en Mr.
Hessel Feytsma voor hem selve en als volmacht
van de erfgenamen van wijlen Feycke Syrsma te Holwerd.
Ype Brouwers: Hessel en zijn zusters
beschouwden zich als erfgenamen van hun broer Feycke, maar de weduwe van Feycke
protesteerde bij het Hof. In 1566 wordt de weduwe in het gelijk gesteld en erft
alleen de zoon van Feycke.
HvF 16693-77 d.d. 1566: Mr.Doecke
Eninga als voogd over de kinderen van wijlen Feycke Syersma bij Gerryt
Gerrytsdr contra Luts en Trijn Feytsma c.s.
Uitspraak: Luts en Trijn moeten Mr.Doecke de inventaris overleggen van
de nalatenschappen van wijlen Feycke Syersma en Ruyrt Feytsma en hen de
volledige nalatenschap van Feycke en 1/6 van de nalatenschap van Ruyrt laten volgen.
Hessel was gehuwd met
Luts van Mellema, ,ook
Louise, overleden 25 okt 1580 *, begraven Deinum ,grafschrift, dochter van Poppe van Mellema en Eets van Gauckema.
Zij erfde Mellema state te Oostrum van haar ouders.
HvF 16693-77 d.d.1566: Luts Feytsma c.s. inzake de nalatenschap van Ruurd Feytsma en Feycke Syrsma (haar zwager).
HvF 16703-17 d.d.12-5-1588: haar
schoonzuster Tietke van Feytsma en haar zwager Sibe van Scheltema contra o.a.
haar kinderen Ofcke,Jelger en His
Uit dit huwelijk:
1 Ruurd van Feytsma.
Hij is jong overleden.
2 Tjemck van Feytsma.
Zij is jong overleden.
3 Eets van Feytsma, ook Ynts, overleden
21 mei 1573 , begraven Welsrijp ,grafschrift.
De 4 kwartieren op haar
graf:Feytsma,Eminga,Mellema,onleesbaar.
Eets was gehuwd met Otte van Galama,
overleden 9 mei 1586 , begraven Welsrijp ,grafschrift, zoon van Gale van Galama en Aelcke van Walta.
De 4 kwartieren op zijn
graf:Galama,Tietema,Walta,Dekema.
4 Ofcke
van Feytsma, overleden 11 feb 1613 *, begraven Deinum ,grafschrift.
Op 21-12-1559 wordt Ofco Feytsma
ingeschreven als student te Orleans en in 1563 student te Leuven.
Ofcke was met zijn broer Jelger
voogden over het weeskind van Homme van
Camstra, eerste man van zijn vrouw (HvF 16698-356 d.d.1580 ,HvF 16699-245,273
d.d.1582 en HvF 16702-456 d.d.1588).
Ofcke Feytsma, in 1589 te Harlingen,
als voogd over Tjalling Camstra (HvF 16703-247 d.d.1589, HvF 16704-32,131
d.d.1590, HvF 16705-327 d.d.1601).
Hij testeerde op 3-11-1612
(EEE-1-464) en stierf zonder kinderen.
Mellemastate gaat naar zijn broer Jelger.
Erfgenamen: zijn broer Jelger en zustersdochter
Luts van Meckema; zie ook GJB 2009-56.
Voor hem en zijn broer Jelger zie
GJB 1964-24,25.
Zijn naam op een zerk te
Deinum,samen met die van Homme van Camstra (de Vrije Fries XXIII).
Ofcke was gehuwd met Sjouck Scheltesdr van Liauckema, geboren
Sexbierum 23 dec 1550, overleden 16 apr 1599 *, begraven Deinum ,grafschrift,
dochter van Schelte van Liauckema en Jel van Dekema.
T326-1208:inventaris van nagelaten
goederen van Homme,opgemaakt door weduwe Sjouck en hun zoon Tjalling (1579).
T327-1121:brief van Sicke van
Liauckema aan zijn zuster Sjouck,weduwe van Homme (1582).
T327-1128:verantwoording van beheer
over de goederen van haar zoon Tjalling door Sjouck over de jaren 1583/1590.
T326-1213:legaat van haar aan de
armen van Franeker (1599).
Er is een rouwbord met haar
sterfdatum in de kerk van Menaldum.
Zie ook GJB 1964-24.
Sjouck is eerder getrouwd 1574 met Homme
van Camstra, overleden 9 feb 1579 *, begraven Deinum ,grafschrift, zoon van
Foppe van Camstra en Tieth Ruurdsdr van Feytsma.
5 Jelger
van Feytsma, volgt onder V-a.
6 Poppe
van Feytsma, afkomstig uit Deinum, volgt onder V-b.
7 His
van Feytsma, overleden 1 sep 1603 *, begraven Deinum.
His wordt vermeld als weduwe van
Hessel van Meckema en voogd over haar kinderen bij HvF 16702-129,142,192,284,319,361,399
d.d.1586/1587 en HvF 16703-17,50,53
d.d.1588).
Verder HvF 16704-104,153 d.d.1590,
HvF 16705-42,73,156,304,413,460 d.d.1600/1602.
Haar broers Jelger en Ofcke als
curatoren voor haar kinderen (HvF 16705-99,131,167,225,239,276 d.d.1600/1601).
De naam van His op een vingerhoed
gevonden bij Haniastate Holwerd, waar haar dochter Luts woonde met haar man (
Walle 2952 ).
His was gehuwd met Hessel van
Meckema, , overleden Boksum 17 jan 1586 ,in de veldslag aldaar, begraven
Leeuwarden,Jacobijnerkerk, zoon van Sippe
van Meckema, ,ook Scipio,en Emerentiana
van Grumbach.
Hessel was hopman (kapitein) in het
leger.
IV-b Hessel van Feytsma, overleden v 1577,
zoon van Gerrolt Hessels van Feytsma
(III-c) en Anna van Camstra.
Hessel was gehuwd met
Wilsck van Heemstra, dochter
van Feye van Heemstra en Ebel van Hemmema.
HvF 16702-42 d.d.1586: Wilsck Heemstra, weduwe Hessel Feytsma, en zuster van Auck Heemstra.
Uit dit huwelijk:
1 Ebel van Feytsma, geboren ± 1567,
overleden 5 jul 1643 ,76 jaar ?, begraven Oudkerk ,grafschrift.
Ebel was gehuwd met haar neef Gerrolt
van Feytsma, geboren ± 1562, volgt onder V-c.
2 Tjets van Feytsma, geboren 1 jan 1571,
overleden 10 jan 1625 ,54 jaar en 9 dagen, begraven Wirdum 15 jan 1625.
Ze was niet getrouwd.
Zie ook grafschriften Roorda IV-91.
T342-05,nr.38:begrafenis Tjets van
Feytsma in 1625.
3 Anna van Feytsma, overleden 21 mrt
1635, begraven Warga ,grafschrift.
Anna was gehuwd met Tiete van Popma,
overleden 9 dec 1620 *, begraven Warga ,grafschrift, zoon van Aesge van Popma en Ymck van Hettinga.
Hij testeerde met zijn vrouw in 1619
(EEE I-541).
In mei 1623 is misschien overleden
een dochter,begraven te Warga (GEN 742),maar volgens het stamboek F.A.is dit de
zoon Rienck.
“De Friesche Adelaar”1889-7: in de
kerk van Deinum was vroeger een houtsnijwerk met 2 panelen met links de wapens
van zijn ouders Popma van IJlst en Hettinga en rechts de wapens van haar ouders
Feytsma en Heemstra.
Tiete is eerder getrouwd 1586 met Frouck
Epesdr van Bootsma, afkomstig uit Warga, geboren ± 1567, overleden 28 mrt
1587 ,20 jaar, begraven Warga ,grafschrift, dochter van Epe van Bootsma en Rints van
Aesgema.
4 Hylck van Feytsma
5 His van Feytsma
IV-c Wytze
van Feytsma, overleden v 1588, zoon van Gerrolt Hessels van Feytsma (III-c) en Anna van Camstra.
HvF 16701-26 d.d.1584: Homme,broer
van Wytze en His, curator over de weeskinderen van Wytze Feytsma.
HvF 16703-181 d.d.1589:zijn broer
Homme te Wirdum is curator over zijn kinderen,die mede-erfgenamen zijn van hun
grootouders Gerrolt en Anna.
Wytze was gehuwd met
Tieth van Ayckema, afkomstig
uit Grijpskerk.
Uit dit huwelijk:
1 Gerrolt van Feytsma, geboren ± 1562,
volgt onder V-c.
2 Eets Wytzesdr van Feytsma, overleden
mei 1623 *, begraven Huizum.
Zij woonde in 1618 als weduwe in
Huizum (T342-05,nr.38)
Eets was gehuwd met Jelger van
Bootsma, overleden v 25 mei 1615, zoon van Abbe van Bootsma en Aleid
Jelgersdr van Feytsma.
Jelger was weduwnaar van Jants van
Heemstra, dochter van Sjoerd van
Heemstra en Popck van Ydsma.
Jants was weduwe van Gerlof Tjaerts van
Bolta, overleden 1582 *, begraven Morra, zoon van Tjaert van Bolta en N.N..
V-a Jelger
van Feytsma, overleden 13 sep 1620, begraven Deinum ,grafschrift,
zoon van Hessel Ruurds van Feytsma
(IV-a) en Luts van Mellema.
Jelgerus Feytsma werd op 30-5-1567
ingeschreven als student te Heidelberg.
In 1579 was hij gedeputeerde en
1584/1585 gezant van Nederland naar Frankrijk en Engeland.
Jelger was met zijn broer Ofcke
voogden over het weeskind van Homme van Camstra.(HvF 16698-356 d.d.1580, HvF 16699-245,273 d.d.1582, HvF 16705-327
d.d.1601).
Op 9-9-1584 werd hij benoemd als
grietman van Kollumerland en was dat tot 1587.
Hij was grietman van het Bildt
1609-1620 en rentmeester van de domeinen van Friesland 1588-1619.
HvF 16702-211 d.d.1587: Jelger
Feytsma te Harlingen namens Tjets Scheltema,
Zie ook HvF 16703-332 d.d.1589, HvF
16704-379 d.d.1591, HvF 16705-449 d.d.1602.
Hij kocht Feytsmastate bij Hallum
van zijn familie (in 1600 is hij voor 2/3 eigenaar en zijn zoon Bocke voor
1/3).
Jelger verkreeg Mellemastate bij
Oostrum door zijn vrouw en was na 1613 eigenaar van Sierdsmastate bij Deinum.
Hij testeerde wederkerig met zijn
vrouw op 15-9-1600 en testeerde zelf op 22-8-1613 op Feytsmastate (EEE I-467).
Erfgenamen: oudste zoon Hessel te
Hallum en jongste zoon Bocke,grietman van Kollumerland.
Zijn naam en die van zijn vrouw op
een zerk te Deinum (de Vrije Fries XXIII) en op de klok van Deinum,gegoten in
1617 (Grafschriften IV-61,62).
Zie ook GJB 1964-25 en N.O.I-172.
Jelger was gehuwd met
Auck Bockesdr van Herema,
overleden 8 aug 1613, begraven Deinum ,grafschrift, dochter van Bocke van Herema en Wyts Abbesdr van Rennarda.
Zie Grafschriften IV-blz.58 en GEN
742.
Uit dit huwelijk:
1 Bocke van Feytsma, volgt onder VI.
2 Hessel van Feytsma, overleden na 1613,
begraven Hallum.
Hesselus Feytsma wordt op 25-1-1592
ingeschreven als student te Franeker.
Zijn vader schonk hem in 1602
Feytsmastate te Hallum (zie N.O.I-172).
In de boerderij te Hallum (voorheen
Feytsmastate) is nog aanwezig een wapensteen uit 1602 ter herinnering aan
Hessel en Frau (Stinzen, P.N.Noomen).
Hessel was ook bezitter van
Mellemastate te Oostrum (Zie GJB 1964-26).
Hij staat met zijn vrouw vermeld op
de klok te Deinum (grafschriften IV-62).
HvF d.d.25-2-1606: contra Jelger en
Hessel van Feytsma.
HvF d.d.30-5-1609:Hessel van Feytsma
contra zijn schoonzuster Saep van Douma.
Hessel wordt genoemd te Hallum in 1613 in het testament van zijn vader.
Hessel is in ondertrouw gegaan Leeuwarden 10 mei 1600 ,gerecht, met Frau Erasmusdr van Douma, overleden 5
nov 1605*, begraven Hallum, dochter van Erasmus
van Douma en Ath van Burmania.
Zij overleed zonder kinderen.
3 Ruurd van Feytsma, overleden 23 nov
1585, begraven Zweins ,grafschrift.
Hij is jong overleden.
Zie grafschriften Roorda III-70.
4 Wigle van Feytsma, overleden 31 mrt
1588, begraven Zweins ,grafschrift.
Hij is jong overleden.
Zie grafschriften Roorda III-70.
5 Luts van Feytsma, overleden 19 okt
1580, begraven Zweins ,grafschrift.
Zij is jong overleden.
In grafschriften Roorda III-70 wordt
12-10-1580 vermeldt als overlijdensdatum.
6 Jets van
Feytsma
V-b Poppe
van Feytsma, afkomstig uit Deinum, overleden 31 mei 1583, begraven
Deinum ,grafschrift, zoon van Hessel
Ruurds van Feytsma (IV-a) en Luts van
Mellema.
HvF 16698-129 d.d.1579: Popcke Feytsma te Genum.
Van hem is bewaard gebleven een album amicorum 1573-1576 met veel namen uit
de Friese adel (aanwezig K.B. Den Haag).
Poppe was gehuwd met
Ursel Wybrensdr van Roorda,
overleden 7 jun 1581, begraven Deinum ,grafschrift, dochter van Wybren van Roorda en Tieth Scheltesdr van Scheltema.
Uit dit huwelijk:
1 Hessel van Feytsma, overleden 23 sep
1594, begraven Deinum ,grafschrift.
HvF 16703-17 d.d.12-5-1588: contra o.a. Hessel Poppes Feytsma, (gehuwd
geweest met Seerp Osinga ?)
V-c Gerrolt van Feytsma, geboren ± 1562,
overleden 22 mei 1647 ,85 jaar, zoon van Wytze
van Feytsma (IV-c) en Tieth van
Ayckema.
Hij woonde met zijn vrouw te Oudkerk
en zijn naam daar op de kerkklok van Oudkerk uit 1611.
Met zijn vrouw testeerde hij te
Wirdum op 6-10-1636 (EEE I-525 en T323-25).
Gerrolt was gehuwd met zijn nicht Ebel
van Feytsma, geboren ± 1567, overleden 5 jul 1643 ,76 jaar ?, begraven
Oudkerk ,grafschrift, dochter van Hessel
van Feytsma (IV-b) en Wilsck van
Heemstra.
Uit dit huwelijk:
1 Wilsck Gerroltsdr van Feytsma,
afkomstig uit Wirdum in 1644, overleden jun 1677.
Wilsck is getrouwd Wirdum 4 aug 1644 (1) met Hessel Roorda van Eysinga, overleden Wirdum 26 sep 1654, zoon van Pieter van Eysinga en Foockel van Heringa.
Hessel was grietman van
Leeuwarderadeel vanaf 21-2-1635 tot 1654.
Zijn naam met die van anderen in
1645 op de kerkklok van Oosterend.
Hij testeerde op 9-9-1653 (zie HvF
8772 d.d.7-6-1707 en T323-25).
Wilsck is getrouwd 28 sep 1662 (2) met Adolf
van Unckel.
HvF d.d. 29-5-1655 en HvF d.d. 25-3-1656: Wilsck van Feytsma contra Tjalling van Eysinga.
HvF 16531-51 d.d.27-10-1662 en HvF
16534-22 d.d.31-1-1665: Bauck van Roorda en Wilsck van Feytsma procedeerden
wederzijds.
T319-1995:
Acte d.d.22-11-1662: de Here Adolph
van Unckel,man en voogd over juffr Wiltiana van Feytsma contra juffr Bauck van
Roorda
Acte d.d.17-12-1662: juffr Bauck van
Roorda als moeder en geauthoriseerde curatrix van Jr Jelte van Eysinga contra
juffr Wiltiana van Feytsma ,gesterkt met haar man Adolph van Unckel.
2 Dorothea Gerroltsdr van Feytsma, overleden 19 apr 1618, begraven Oudkerk 24
apr 1618.
Voor haar sterfdatum en datum van
begraven zie T342-05,38. Haar ouders en haar man nodigen uit voor de
begrafenis. Zij stierf na een langdurig ziekbed.
Begraven Oudkerk (Roodkerk) als
vrouw van Tzierdt/Tjeerd van Walta (zie grafschriften Walle 5291 en 5673).
Het sterfjaar 1638 op de grafsteen
is fout.
SFA noemt haar Tieth, vermoedelijk
haar doopnaam (haar grootmoeder was Tieth van Ayckema.)
Tieth was gehuwd met Tjaert van
Walta, overleden Herbaijum 28 dec 1653, begraven aldaar 12 jan 1654, zoon
van Sybren van Walta en Tjets van Holdinga.
Kapitein en majoor in het
leger.
Voor zijn sterfdatum en de begrafenis
zie T342-05,37. De leedbrief was ondertekend door zijn zoons Douwe en Sibrant.
Tjaert was later ondertrouwd gerecht Leeuwarden 8 mei 1624 en trouwde met Foockel Hobbesdr van Waltinga ,
overleden 1656 ,na 7-9-1656, dochter van Hobbe
van Waltinga en Jel Douwesdr van
Bootsma.
3 Anna Gerroltsdr van Feytsma, overleden
16 jul 1629, begraven Oudkerk ,grafschrift.
Anna was gehuwd met Nicolaas van
Heemstra, geboren 2 feb 1605, overleden 27 mrt 1657, oud 52 jaar, begraven
Oudkerk ,grafschrift, zoon van Feye van
Heemstra en Aaltje Tjaerda van
Starkenborgh.
VI Bocke van Feytsma, overleden dec 1626,
begraven Deinum, zoon van Jelger Hessels
van Feytsma (V-a) en Auck Bockesdr
van Herema.
Op 25-10-1589 werd Boccatius
Feytsma ingeschreven als student te
Franeker en op 14-5-1596 als student te Leiden.
Bocke kreeg bij overlijden van zijn
vader Sierdsmastate te Deinum (GJB 1964-26).
Hij was na zijn vader rentmeester
van de domeinen van Friesland 1619-1621.
Bocke was ook grietman van Kollumerland vanaf 23-1-1600 tot 1626 en
woonde in 1615 met zijn vrouw in Kollum.
Zie voor het graf van hem en van zijn
vrouw en vermelding van hun namen op de klok van Deinum,gegoten in
1617,Grafschriften IV-61,62.
Hun namen ook op de klok van Kollum
uit 1618.
Bocke was gehuwd met
Haring van Burmania,
overleden 24 nov 1646, begraven Deinum, dochter van Upcke van Burmania en Rints
van Roorda.
In 1642 behoorde Haring van Burmania
te Deinum,weduwe van Bocke van Feitsma, tot de genodigden voor het gastmaal na
het overlijden van Jarich van Liauckema.
Uit dit huwelijk:
1 Luts van Feytsma.
Zij is in de wieg al overleden.
2 Ruurd van Feytsma, overleden 3 jul
1606.
Hij is jong overleden.
3 Doedt van Feytsma.
Zij is overleden zonder kinderen (SFA).
4 Auck van Feytsma.
5 Luts van Feytsma, overleden 6 dec 1620
*, begraven Kollum 13 dec 1620.
Zij overleed in de kraam.
Luts is ondertrouwd gerecht Leeuwarden 8 jan 1620 en is getrouwd kerk
Leeuwarden 28 jan 1620 met Menne Houwerda van Meckema, overleden
1663 (?), voor 10 aug 1666, zoon van Pybe
van Meckema, ,ook Philippus en Jetscke
Mennesdr van Houwerda.
Menne is later getrouwd 1631 met Catharina
van Herema, dochter van Tjerck van
Herema en Luts Douwesdr van Walta,
,ook Lucia.
Menne is later getrouwd 1644 met Hylck
van Eysinga, ook Helena, geboren 10 nov 1600, overleden 1668, dochter van Pieter van Eysinga en Foockel van Heringa.
6 Ruurd van Feytsma, volgt onder VII-a.
VII-a Ruurd van Feytsma, overleden voor 17
jul 1657, zoon van Bocke van Feytsma
(VI) en Haring van Burmania.
Op 3-6-1624 werd Ruardus Feytsma
ingeschreven als student te Franeker.
Ruurd werd na het overlijden van
zijn oom Hessel eigenaar van Feytsmastate (stem 24 Hallum) en hij wordt daar in
het stemkohier 1640 genoemd en woonde daar in 1650.
Na 1646 is kapitein Ruurd Feytsma
ook eigenaar van Sierdsmastate te Deinum.
Zijn naam en die van zijn vrouw op
de kerkklok van Hallum uit 1648.
Hij was in 1631 vaandrig en later
kapitein bij de infanterie.Zie ook N.O.I-172.
Ruurd is in ondertrouw gegaan Leeuwarden 30 apr 1631
,gerecht , en getrouwd aldaar 22 mei 1631 met
Machteld van Roorda,
overleden na 4 mei 1660, dochter van Watze
van Roorda en Ursel van Scheltema.
Machteld doet belijdenis te Hallum
op 16-8-1646.
Zij testeerde als weduwe op
17-7-1657 en op 4-5-1660 te Leeuwarden
als weduwe te Deinum (EEE3-290, T347-966 en T327-1899a), waarbij zij haar vorig
testament herroept.
In 1660 was zij in bezit van
Sierdsmastate te Deinum en Feytsmastate te Hallum.
Over haar testament zie ook GJB
1964-26 en GJB 1999-219.
T323-01-389: Machteld,weduwe Ruurd Feytsma (1660).
Uit dit huwelijk:
1 Bocke van Feytsma, geboren ± 1634,
overleden 23 mrt 1657 ,23 jaar.
Hij was niet getrouwd.
2 Haring Lucia van Feytsma.
Zij is jong overleden.
Toevoeging
Wyger van Feytsma, overleden
na 1540
Trouwde met Auck
Tjallingsdr van Jellinga, ook genoemd Auck
Mercla, overleden na 1552, dochter van Tjalling
van Jellinga en Luts van Feytsma.
Wyger is niet te vinden in SFA bij de genealogie Feytsma, maar de naam van zijn zoon Jelger wijst wel op deze familie.
Vermoedelijk is hij een onwettige zoon van Jelger van Feytsma, die getrouwd was met Claer Idsdr van Eminga.
Vandaar dat het Burmaniaboek meldt
dat Auck hertrouwde met haar knecht, een man niet van adel.
HvF 16687-31 d.d.1527: Wyger, gehuwd
met Auck Merckeles, heeft een geding met Oena Zyttyema
HvF 16687-230 d.d.1529:Wyger namens
zijn echtgenote.
Wyger wordt ook genoemd bij HvF
16687-377 d.d.1531, HvF 16688-88 d.d.1534 en HvF 16689-580 d.d.1548.
Bij RvA 1540 heeft Wyger Feytsma
veel bezit te Hallum en Nijkerk, in 1511 in bezit van Taco Mockema; Wyger heeft
ook bezit te Marrum in 1540.
Zie verder nog N.O. I-172, ?
Wyger Feytsma wordt daargenoemd met bezit te Hallum in 1511 (opgave
lijkt onjuist).
RvA I-109/2: Hallum 1511 26 pm
land Lijwa Feijtrama meier aangeslagen
voor 17 pm en landheer Wiger aangeslagen voor 9 pm. (slaat dit wel op Wyger van
Feytsma ?)
Zijn vrouw Auck was eerder getrouwd
met Taecke van Mockema
Volgens een sententie uit 1527 is
haar moeder Luts van Feytsma.
Auck wordt bij RvA 1540 vermeld met
bezit te Hallum.
T327-1098 d.d.1552: uitspraak in een
geschil tussen Tjalling van Camstra en Auck Mercla over de nalatenschap van
Rints Mockema, haar kleindochter.
T326-1202: zij maakt een
overeenkomst met Tjalling van Camstra over de nalatenschap van Rints Mockema.
Zie verder nog N.O. I-172.
Uit de CD bij het boek Stinzen in middeleeuws Friesland door P.N. Noomen
over Feytsmastate (stem 24 Hallum) :
Feitsma werd waarschijnlijk pas
halverwege de 16de eeuw een adellijk huis. Het lijkt geďdentificeerd
te mogen worden met de 52 pondematen
en 5 grazen land die Taco Mockema in 1511 voor
fl. 24 aan Harmen Jeppema verhuurde;
in 1540 was Wyger Feytsma de eigenaar en gebruiker van
dit land.114 De grootte en huur komen
redelijk overeen met de waarden die uit later tijd over
Feitsma-state bekend zijn. Wyger was
getrouwd met Auck Marckla, de weduwe van genoemde
Taco Mockema. Wygers plaats in de
familie Feitsma is onduidelijk; hij zou aanvankelijk Aucks
knecht zijn geweest en was mogelijk
een bastaardzoon van Jelger Feytsma.115
In 1556 was Jelger van Feytsma, de
zoon van Wyger en Auck, eigenaar en bewoner van
Feitsma
state. Bij wijze van hypotheek verkocht hij er in dat jaar een rente uit.116
Kinderen uit het huwelijk van Wyger en Auck:
Op 20-5-1542 wordt Jelgerus Feytsma ingeschreven als student te Leuven.
In 1556 op Feytsmastate te Hallum (Cleuting) en 1557/1559 daar met zijn vrouw Bauck.
Jelger Feytsma te Hallum (1554) voert bij het Hof meerdere processen voor en met zijn zusters Aelcke en Anscke tegen o.a. Taeck Mockema, getrouwd met Hessel Aysma.
Taeck
Mockema is een dochter van Auck Mercla (Taeck is een halfzuster van
Jelger, uit het eerste huwelijk van
zijn moeder Auck).
Zie HvF
16691-49,105,152,146,188 d.d.1554/1558.
HvF
16800-397/402 d.d.26-3-1562: verkoop van Feytsmastate wegens schulden door
Gerbrant Ayta grietman Wymbritseradeel honorarius tutor en Johan Bechel als
tutor van “Rints, Jelger Fytsma naegelaten weeskindt bij Bauck Montsima”.
Feytsmastate
is in 1564 in bezit van Tieth Jelgersdr van Feytsma, getrouwd met Minne van
Scheltema. Zij testeren op Feytsmastate in 1576.
Tieth is
vermoedelijk een halfzuster van Wyger, de vader van Jelger.
In 1600
is Feytsmastate in bezit van Jelger van Feytsma, zoon van Hessel, neef
van Tieth.
Zie ook
N.O. 1-172-174
Uit de CD
bij het boek Stinzen in middeleeuws Friesland door P.N.Noomen:
Over deze
Jelger van Feytsma zijn verder de volgende gegevens bekend: op 16 dec. 1557117
procedeerde
juffrouwe
Taecke Mockema impetrante contra Jelger Feytsma, wonende te Hallum voor hem
seluen
ende cauerende de rato voor Ansck de huysvrouwe van Oets
te Beckum en Aelcke de huysvrouwe van Johan Bechel
zyn susters, gedaechden.
Juffer Taecke en Jelger waren half-zus en -broer.
In
1557/1558 verkocht Jelger Wygers Feytsma met zijn zuster Aelcke land; in
1559/1560 verkocht Jelger Feytsma een rente.
Jelger was getrouwd met Bauck Montzima, afkomstig
van Blija, geboren rond 1539, dochter van Popcke
Montzima en Rints van Aytta.
Bauck hertrouwde met Paulus Brecker, 1572-1578 grietman van Westdongeradeel, overleden Groningen in 1581(zie GJB 2011-154).
Uit het huwelijk van Jelger en Bauck:
1.1 Rints
Jelgersdr van Feytsma.
In 1562/1563 is Gerbrant van Aytta curator over het weeskind Rints,dochter van Jelger en Bauck.
2
Aelcke van Feytsma, overleden na 1583.
Zij woonde in 1554 te Hallum.
Meerdere
malen bij het Hof met haar broer en zuster (zie bij Jelger).
Met haar
man Jan Bechel: HvF 16691-152,203 d.d.1558 en HvF 16694-212 d.d.1570
Aelcke
als weduwe van Jan Bechel voor haar minderjarige kinderen: HvF 16698-151
d.d.1579 en HvF 16700-264 d.d.1583.
Aelcke was getrouwd met Johan Bechel, overleden voor 1579.
Hij wordt vermeld als wijnheer te Leeuwarden.
3
Anscke van Feytsma, overleden na 1589.
Zij woonde in 1554 te Hylaard.
Meerdere malen bij het Hof met haar
broer en zuster (zie bij Jelger).
Met haar zuster Aelcke bij HvF
16694-212 d.d.1570.
HvF 16696-334 d.d.1577, HvF 16700-56
d.d.1582, HvF 16701-103 d.d.1585: Ansck Feytsma,weduwe van Oeds te Bekkum onder
Hylaard, voor haar minderjarige kinderen.
HvF 16702-114,120,191 d.d.1586/1587:
Ansck Feytsma voor haar dochter bij Oeds;
deze dochter is erfgename van Syds Sydses.
HvF 16703-227 d.d.1589: Ansck Feytsma te Beckum,hertrouwd met Arent Boymer.
Anscke
was getrouwd met 1) Oeds Sydses, vermeld in 1557 te Bekkum
bij Hylaard, overleden voor 1577.
Anscke was getrouwd met 2) Arent
Boymer